Blikopener
Stremming in de bouw
Op 14 januari bezocht ik het evenement “Stemming in de Bouw.” Ik kan me nog een vooraankondiging herinneren waar het woord ‘optimisme’ in voorkwam. Als geboren optimist – wat ook makkelijk vol te houden is als je een technisch goednieuwstijdschrift mag maken – past me dat wel. Maar als een conjunctuurgevoelige sector als de bouw een evenement gaat optuigen om de stemming erin te houden, is dat eigenlijk al een veeg teken. Maar het was twee jaar geleden onder die noemer opgezet, en is vaste prik aan het worden op de vakbeurs Infratech in Ahoy. Dus met de Bandietcrisis heeft de naamgeving niets te maken.
Met de realisatie van deze Bouwbeurseditie nog maar aan avondje achter me, wankel ik als het ware op anderhalf been. Enerzijds staan we op de Bouwbeurs Utrecht als vakvereniging van verduurzamers een nuttige boodschap uit te dragen. Evenals natuurlijk het Aluminium Centrum en de aanwezige VOM-leden. Anderzijds lijkt overal de voet op de knip te gaan. En als je er met je duim en wijsvinger tussen zit, is dat dus kruipen geblazen. Terwijl een verstandige overheid anticyclisch investeert, zoals de nieuwe Amerikaanse president bijvoorbeeld het schrikbijsterende achterstallig onderhoud in de infrastructuur wil aanpakken. Daar heeft de National Association of Corrosion Engineers NACE ook vaak op gewezen. Tot de instortende stalen bruggen op CNN kwamen die ik dus digitaal opneem als lesmateriaal. Per geïnvesteerd miljoen voor veiligheid en bereikbaarheid heb je maarliefst 25 mensjaren aan arbeidsplaatsen in de werkschoenensector, wáár vind je dat!
In thema Corrosie van februari en de Duurzaamheidsbijlage van maart zal de infra ook nog naar voren komen. Eigenlijk zouden we dus de wind in de rug moeten hebben waar het de levensduurverlenging door bijvoorbeeld deklagen en kathodische bescherming aangaat. Maar waar op milieugebied de industrie voorloopt op de overheid (zoals blijkt uit de oproep geen langetermijndoelen te bediscussiëren maar gewoon nú technologie inzetten die er al is en meer duurzaam inkopen: de ‘1001 Klimaatoplossingen’ van de FME), daar lijken de petrochemie en staalproductie juist het verkeerde voorbeeld te geven. Onderhoud aan technische sys-temen – beter gezegd: de instandhouding van de productiecapaciteit – is natuurlijk makkelijker en kost minder productiviteit als er installatiedelen al stilstanduren hebben vanwege de teruglopende afzet. Maar in de wandelgangen op onderhouds- en corrosiecongressen hoor ik soms dat de voet juist op de knip gaat. Word ik nu optimistisch of juist niet?
De vorige Stemming in de Bouw was kort na de Parlementaire Enquête Bouwfraude en had Imago als thema. Dat is allebei flink opgeklaard, en deze keer was er positief nieuws over de 30 infraprojecten die versneld uitgevoerd gaan worden. Nou maar hopen dat de inspecteerbaarheid en corrosiebestendigheid de aandacht krijgen, die voorkomt dat de toekomstige generaties moeten opdraaien voor stremmingen en tussentijds oplapwerk.
De toekomstige generatie is trouwens al volop aanwezig, zo bleek op Stemming in de Bouw: de netwerkorganisatie Nieuwbouw heeft ruim 1.500 mensen in de gelederen tot 35 lentes jong. Zoiets heb je nou niet voor industriële verduurzamingstechnieken. Ik ben er al drie winters te oud voor (of er zou een leeftijdsverruiming bij moeten zitten voor slijtvaste milieukundigen). Zouden deze jonge bouwtijgertjes en bouwtijgerinnetjes de mentale lenigheid hebben om de vele knelpunten van moderne aanbestedingsvormen het hoofd te bieden? Dus niet meer alleen op laagste prijs volgens voorgeschreven bestek, maar inclusief ontwerpaspecten, onderhoudsoverwegingen, regietaken enzovoort. Ik help het ze hopen. De komende editie Corrosie/Inspectie en bijlage Sustainability zullen we het er uitvoerig over hebben. Op de redactie zit de stemming er al in!
Edward Uittenbroek
Eindredacteur
Oppervlaktetechnieken