- Painttech goede opmaat voor Eurofinish
- Nanotechnologie opent nieuwe wegen voor lakindustrie
- VNCI: REACH liever op risico dan op gevaar baseren
Van de redactie
Eindelijk weer geld verdienen
Gelukkig is het 2005. Kunnen we weer wat gaan verdienen, daar zijn we wel aan toe.
De Nederlandse Vereniging Voor Algemene Toelevering NEVAT heeft een DVD uitgebracht met daarop zeven economische toekomstscenario’s (www.NEVAT.nl). Een pakkende uitspraak is dat je niet moet proberen zo goedkoop mogelijk jenever te stoken, maar je klanten ertoe moet brengen duurdere wijnen te willen kopen. Op productiviteit kun je het niet winnen, waardegerichte consumptiviteit moet de insteek zijn. Vroeger heb ik hiervoor de term “upmarketscaling” geleerd.
Scenario’s voor een nieuw élan
In één scenario waarin Nederland als NIC beschreven wordt, een Newly Industrialised Country, is Nederland een soort industrieparadijs geworden met nieuwe ondernemerstrots.
Procesoperator is één van de populairste beroepen geworden. Technische studies moeten inschrijfstops invoeren en de Industriële Week leidt tot verkeerschaos. De tot FMU gefuseerde FME/Metaalunie heeft het afschaffen van CAO’s toegejuicht, want de moderne werknemer kan zijn talenten en vaardigheden het beste zelf verlonen, in het licht van zijn eigen loopbaanplanning. Ondertussen worden regelvrije vestigingslocaties vrijgegeven. Een interessante conclusie uit de scenario’s, die door tientallen uitvoerende en leidinggevende mensen uit de industrie bij elkaar gediscussieerd zijn, is dat de globalisering wel weer op zijn retour is. (Suggestie op een Metaalunie regiobijeenkomst:Waarom zou je eigenlijk cultuurverschillen en gebrekkige toelevering riskeren als je het handenwapperwerk bij sociale werkvoorzieningen in de buurt kunt brengen?)
De toekomst ligt in de eigen regio, niet overzee omwille van een (enkel) kostenvoordeel.
Niet voorspellen maar doen
Het Nederlands Corrosiecentrum NCC heeft het goed gezien: zij citeren de uitspraak “als je de toekomst wilt voorspellen, moet je hem zelf maken” (Alan Kay). Het NCC is de overstap aan het maken van een sectorbenadering (zoals de sector Transport), naar een aspectmatige benadering, bijvoorbeeld de aspecten Betrouwbaarheid, Beschikbaarheid en Veiligheid van systemen. Mede geïnspireerd door werk van de Stichting Toekomstbeeld der Techniek. Hierbij is de inzet van “multidisciplinair ontwikkelde deskundigen” onmisbaar. NCC zal haar netwerk mobiliseren om de benodigde kennis aan te leveren, inzake levensduur en faalmechanismen van materialen.
Industrie in de markt…
Eind december hielden de Vereniging Industrie Pers VIP en de Stichting Industrie en Marketing STEM een discussiemiddag “Marketing en innovatiekracht in de industrie”. Enkele rake klappen werden uitgedeeld, zoals “weten industriebedrijven wel wat er in de markt allemaal speelt”, onder verwijzing naar de waan van de dag en de continue druk om zoveel mogelijk te produceren in zo kort mogelijke tijd. Dus geen tijd om eens buiten de deur te kijken/luisteren/lezen. Anderzijds weet men ook de competenties en eigen marktwaarde onvoldoende naar buiten te brengen. Als belangrijke tip kwam naar voren: niet alleen in contact staan met je directe toeleverancier of afnemer, maar ook een ketenstap verder heen of terug kijken. Denk mee met de ontwerper, leef mee met de eindafnemer! De ongelukkige positie van oppervlaktebehandeling als sluitpost in de tijds- en geldbegroting, alsmede budgetscheidingen (inkoop versus onderhoud in plaats van een levenscycluskostenbenadering), bleken echter knelpunten die ook de forumleden niet konden ondervangen.
Verbeter de wereld, begin bij industrieel ontwerpers?
Relevant produceren, in plaats van goedkoop
De Deutsche Forschungsgesellschaft für Oberflächenbehandlung e.V. (DFO) is een project gestart “Onderzoeksagenda Oppervlakken”, waarin men tracht te achterhalen welke marktbehoeften er de komende tijd zijn op gebied van materiaalmodificaties. In onze novembereditie ‘Thema Nieuwe Substraten’ is al een beeld gegeven van wat er met oppervlaktetechnieken allemaal te realiseren is. Waarbij natuurlijk de aanstaande revolutie in nanotechnologie ook nieuwe werelden opent. De collega’s van vakblad Metalloberflaeche doen vast een duit in het zakje via een artikel van Daimler Chrysler, over de vele toepassingen variërend van energieopwekking met folie tot en met zelfreinigend glas, hetgeen zowel voor architectuur als voor de automotive in het verschiet ligt. Eindredactrice Kristin Rinortner geeft het wederzijdse voordeel aan van industrieel-wetenschappelijke samenwerkingsverbanden: “De ondernemingen profiteren van de identificering van marktrelevante sleuteltechnologieën, evenals van de koppeling van marktvereisten en producten/systemen. De vroegtijdige concentratie op relevante technologie-markt-relaties leidt tot een aanmerkelijke efficiëntietoename in de waardeketen.”
Industrie is troef
Je gaat het haast vóór je zien: kennisinstituten die een interdisciplinaire vraagstukbenadering bieden (de vakgebieden staan dus in wisselwerking, ongelijk ‘multidisciplinair’ waarbij expertises apart ingebracht worden), en een industrie die de markt nauwgezet volgt. En die deze kennis helpt opbouwen, maar ook aftapt voor product- en procesontwikkeling, en een herpositionering van Noord-West Europa als waardecreatieregio met uiteraard de materiaalverwerkende keten als ruggengraat. Industrieel ontwerp als sleutelexpertise.
Zit er eigenlijk oppervlaktetechnologie in zo’n opleiding?
Edward Uittenbroek,
eindredacteur