Artikelen Oppervlaktetechnieken december 2010

Blikopener
Massa-immigratie moet industrieel eco-systeem redden

In een column noemde ik eens de toeleveringsketen in de verftechniek een ‘voedselketen’. Niet dat opdrachtgevers en opdrachtnemers elkaar opeten, maar in een column kun je het iets guitiger verwoorden (die redactie heeft het overigens gecensureerd tot ‘keten’). Op het jaarcongres van de technologische industrie dat de FME in november hield, leerde ik een andere en eigenlijk mooiere woordkeuze: een ecosysteem. Dan denk je al eerder aan kwetsbare natuur die we mooi en gezond willen houden. Het ging daar in Nijkerk uiteraard over de industrie. En wat zijn dan de bedreigingen voor dit ‘ecosysteem’?

De bankensector heeft het vacaturevraagstuk de afgelopen jaren helpen oplossen. Zelden werd zó concreet bijgesprongen vanuit de financiële sector. Maar dat is slechts een tijdelijk succes, waar een aantrekkende markt en een pensioengolf op zullen volgen. Binnenkort komen we weer volop vakmensen te kort, sterker nog: er werd op het jaarcongres gezegd dat de helft van de techniek-leraren de komende vijf jaar óók met pensioen gaat.
De technologische industrie kan het gat dichtvaren door buitenlandse werknemers aan te trekken, die immers gekwalificeerd en werklustig zijn. Die kwaliteiten gelden volgens mij voor Zelfstandigen Zonder Personeel ook. Die hoeven niet aan een baas te vragen of ze naar een opleiding mogen of een vakdag mogen bijwonen (ja, op de Surface 2010 in Den Bosch sprak ik weer een medewerker die een snipperdag had moeten nemen en alleen een hotmailadres kon geven. Ja, écht). Flexibele werknemers, zoals ook uitzendkrachten en contractwerkers, zouden in een industriële behoefte kunnen voorzien, maar “zo lang je kan studeren wat je leuk vindt in plaats van wat een baan oplevert, zijn we daar niet aan toe,” was een tegenwerping in Nijkerk.

Er werd dus de oproep gedaan de rode loper uit te leggen voor jongeren, en een voorbeeld te nemen aan Duitse hogescholen waar geleerd wordt voor een vak (vandaar misschien de term ‘Fachhochschule’, ja ik denk maar even hardóp). De wisselwerking tussen bedrijven en opleidingsinstanties moet versterkt worden. Overigens is dat een onderwerp waarvoor ik nog eens naar Hoogeveen ga vanwege dat promotieonderzoek waarover we vorig jaar berichtten (zie de rubriek Verenigingen/Instellingen).

Nu de term ‘massa-immigratie’ nogal vaak in het nieuws is, moeten we maar eens nagaan of we vanuit de huidige bevolking eigenlijk wel kunnen voorzien in alles wat nodig is om dat Bruto Nationaal Product bij elkaar te harken. We moeten ruim vijfhonderdmiljard euro per jaar aan waarde creëren om de welvaartsstaat op de been te houden. Heeft iemand daar Visie voor (zonder te spieken in de decemberedities van vakblad Oppervlaktetechnieken, nee, zélf bedenken!)? Met hoeveel mensen je dat doet, maakt niet zo uit. De textielindustrie creëert meer waarde met kevlar en twaron en dergelijke, dan vroeger met katoenen hemdjes, met slechts een fráctie van het aantal werknemers. De dienstverlening volgt op de inhoudelijke bedrijvigheid, dus het is uit-eindelijk ‘vor elck wat pilsch’, in het economische ecosysteem.

Zou ‘eco’ hier niet mooi een dubbele betekenis kunnen hebben? Industrie biedt voor alle geledingen uit de samenleving een werkstek, dus uit welk milieu je komt maakt dan ook niet zo uit, in die wérkelijke Kenniseconomie. Tenzij men zich niet meldt vanuit al die ‘geledingen van de maatschappij’!!! Dan staat het bedrijfs-leven zélf in zijn katoenen hemd, in plaats van met een kogelvrij vest door het schootsveld van de internationale concurrentie te kunnen manoeuvreren.

Eén oproep op het jaarcongres kunnen we ons allemáál aantrekken: de technische opleidingen zijn eens aan de overheid overgelaten zodat het mooi uit collectieve middelen betaald werd, maar alom klinkt de roep om een sterke wisselwerking met het bedrijfsleven. Dat zou dan mooi via bedrijvenverenigingen kunnen, die immers weten wat er speelt onder de leden. Die daarmee de rode loper voor nieuwe leden kunnen uitrollen. Om samen op de bres te staan om ons ecosysteem te beschermen en verder te verrijken.

Verrijken met aansprekend lesmateriaal (in plaats van een schooluitval van tientallen procenten), een aansprekende werkomgeving (in plaats van de welbekende stereotype beeld-vorming) en met nieuwe enthousiaste instroom.

Op een congres over procesoptimalisatie en robotisering bij spuiterijen, dezelfde week nog, werd mij gezegd dat ik maar voor nageslacht moest zorgen… Zo wordt er wat érg veel van een enkeling gevraagd, op díé schaal los je dit probleem niet op. Maar we moeten wel binnen houden wat we hebben en erbij krijgen waar mogelijk. Begin jaren vijftig trok een half miljoen van de meest initiatiefrijke landgenoten weg omdat Nederland “vol” was en weinig perspectief leek te bieden. Tien jaar later kwamen de achterblijvers deze opbouwwerkers te kort.

Dus ik zou zeggen: laat de massa-immigratie vanuit de beroepsopleidingen richting kenniseconomische ecosytemen maar komen.

Edward Uittenbroek
Eindredacteur Oppervlaktetechnieken