- Opdrachtgever moet durven
- Timing voor de toekomst
- De tijd goed gebruiken
- Van Merksteijns tijdige offensief
- Straalaandrijving bij de landmacht
- Samen de klus klaren
- De realiteit waarmaken
- Fraai en degelijk
- Elkaars waarde in de keten zien
- Licht is de baas
- Cursussen Lakken
Blikopener
Pyrrhus-compliment
Koning Pyrrhus kwam drieëntwintig eeuwen geleden met een leger naar Zuid-Italië, alwaar hij zijn Romeinse tegenstander op het slagveld versloeg waarna hij kon doormarcheren naar Rome. Dat was in de tijd dat de Griekse stadstaten nog zeevarende koloniale grootmachten waren, bijna vijfentwintighonderd jaar geleden. Plusminus of daaromtrent. Ik kijk niet op een eeuwtje. Op mijn leeftijd gaan de eeuwen steeds minder tellen.
Een beetje jammer aan deze én de daaropvolgende overwinning was, dat hij zo ongeveer in zijn eentje op het slagveld stond toen het allemaal achter de rug was. En zoals iedere poedercoater weet: een koning zonder volk is als een poeder zonder wolk. We spreken dus van de spreekwoordelijke ‘Pyrrhus-overwinning’. Hij moest letterlijk ‘botje bij botje leggen’ om nog een denkbeeldige bemanning voor de terugvaart in elkaar te schroeven. Dát werd peddelen voor de majesteit!
De afgelopen weken heb ik opvallend veel Pyrrhus-complimenten gekregen. Die term gebruik je, als je een pluim krijgt, maar hij wordt dan in je oog geprikt in plaats van op je hoed. Nou héb ik geen hoed, dus ik maak het er ook zelf naar, maar wat dacht je van de volgende:
I: Op de Paintexpo Karlsruhe kwam ik het gepensioneerde peertje tegen dat die geinige elektrostatiek-colleges geeft na afloop van het tweejaarlijkse congres over poedercoaten van MDF in Dresden. Hij ging het daar in een stand opvoeren, zie het artikel in het meinummer). Ik meteen enthousiast, omdat hij destijds het publiek zo goed onder stroom had gezet, iedereen moest elkaar een broederlijke hand geven en kabóém! Zijn leeftijdgenoten had hij er wijselijk buiten gehouden). De schone jonkvrouwe die mij mijn prikwatertje ging inschenken, kreeg echter als bewijsvoering dat dit inderdaad zo was gegaan als ik had opgeschept: zijn verwijzing naar mijn kapsel. Het stond nog stééds mooi overeind.
Pyrrhus-compliment!
Het moppie kon er wel om lachen. De prik was meteen uit m’n glas…
II: Op diezelfde Paintexpo legde een standhouder uit, dat poedercoatspuiterijen soms eerder naar oversprayterugwinnning kijken dan naar eerste opbrengstgraad, die te bereiken is dankzij goede werkstukophanging, takttijdoptimalisatie en juiste afstelling van de spuitparameters. “Die stukjes die jij op pagina 3 schrijft dus. Eigenlijk een open deur maar het gebéúrt níét”. Inderdaad, ik geef er interactieve workshops over bij de bedrijven aan huis. Dat is dus blijkbaar een ‘open deur’. Zó is gelijk krijgen niet leuk meer!
Pyrrhus-compliment!
III: Ik interviewde de voorzitter van de verffabrieken-VOM, de VVVF, zie Verenigingen/Instellingen: “Elkaars waarde in de keten zien”). Zij kon mijn bevlogenheid met coatingtechnisch en markteconomisch onderwijs voor leidinggevenden in de oppervlaktetechniek erg waarderen. Maar mijn bijdrage aan het hogeschoolonderwijs blijft helaas beperkt tot gastcolleges. Die vinden de deelnemers leuk omdat er allerlei filmpjes van olierampen en opgeblazen woonwijken in voorkomen, het ís maar wat je leuk vindt natuurlijk). Maar volgens mij vinden ze het vooral leuk dat het vrijblijvend is: een kennismaking met dat ongrijpbare corrosiewerk en allerlei coatingspul, zonder tentamen of scriptie. Notitieblok en ganzenveer blijven onberoerd. Dan heb ik liever naderhand géén compliment, maar voortaan een brede inzet van de beschikbare leermiddelen en vakliteratuur ten behoeve van de toekomst van ons vakgebied. En een skeletsplijter van een tentamen dat handenvol aspirine kost om door te komen. Waar de besten dan wel voor slagen, maar waarvan ze mentaal tot-de-draad-toe versleten het slagveld af kruipen. Onder mijn cursusmotto: “Een oefening moet zijn als een veldtocht, en een veldtocht als een oefening.”
Dan krijgen ze van mij een pluim dat ze het gered hebben. Op de hoed. Bij de inmiddels tot-de-draad versleten ganzenveer. En wanneer ze dan bijdragen aan de concurrentiepositie van hun bedrijf in ons productievijandige ‘dienstenland’, mag daar van mij een 10 met een griffel bij!
Edward Uittenbroek
Eindredacteur Oppervlaktetechnieken