Gevulde kalkoen met een toefje plamuur

Aan sommige bladen kun je zó zien, dat ze alleen maar uitgegeven worden om advertenties te kunnen verkopen. De achterkanten van die advertenties worden gevuld met alles wat maar ruimte inneemt en een beetje in de buurt komt van de zogenaamde doelstellingen. In hoeverre de drukbezette ondernemer aan dergelijk tijdverlies toekomt, waag ik te betwijfelen. En waarom andere ondernemers erin adverteren, is mij al helemáál een raadsel.

Ik ben ook niet jaloers op deze vakbroeders der geschreven pers. Zelf kom ik altijd handenvol pagina’s tekort om alle ingekorte en te streng weggeselecteerde ontwikkelingen in vakblad Oppervlaktetechnieken te krijgen. Als je uit problemen kan kiezen, heb ik de juiste te pakken.

Zouden sommige verven nou ook met oud papier gevuld worden? Zoals er op het station vaak halfom cervelaat tussen je salamibroodje zit? De opzichtige woordkeus ‘vulstoffen’ doet het wel vermoeden…

Vulstoffen worden onder meer ingevoegd om de totaalprijs van de lak te kunnen drukken. Maar de dekkracht kan dan geringer zijn, waardoor je dus ongemerkt dikker gaat kwasten en dus alsnog je prijsvoordeel wegkwast. Het kostenvoordeel van de voordeliger vulstoffen zal voor een deel wel ergens in de productie- of distributieketen aan de strijkstokken zijn blijven hangen, dus het resterende prijsvoordeel weegt dan niet meer op tegen het nadeel. Laten we ons nu tillen?

Mag ik een voorzet geven?

Volgend jaar verschijnt de Nederlandse vertaling van Lack fur Einsteiger, maar laat ik maar kort vast iets meegeven. Vulstoffen hebben niet zozeer die naam omdat ze het verfblik goedkoop vullen, of de portemonnee van de fabrieksdirecteur. Ze verbeteren de schuurbaarheid, egaliseren oneffenheden en geven in een meerlaagssysteem dus een fraaier eindresultaat. Een grondlak mag dus best wat meer vulstof bevatten. Een extreem voorbeeld is plamuur, dat vooral bekend is uit de autoschadeherstelbedrijvigheid. Tjonge, wat een lang woord voor zo’n stel plamuurpletters.

Nee, dat mag je zo niet opschrijven, zeker niet in een kwaliteitsblad. Iedereen zal autolakkers in ere houden, terwijl die juist volop aan de vulmiddel gaan! Er is dus ook niets op tegen om een eveneens rijkelijk ‘‘gevulmiddelde’’ latex op een ruwe ondergrond aan te brengen. De leverancier wil je er niet mee tillen. Vulmiddel is bovendien ook ter mattering.

Maar als het om een strakke halfglanzende aflak gaat, is het wel aardig om eens na te gaan of je niet een iets té prijsgunstig goedje inkoopt. Wie al een tijdje geen opfriscursus gevolgd heeft, zal dat waarschijnlijk in overleg met de leverancier moeten doen. Maar dan praat je met de kalkoen over kerst.

Anderzijds: als je nooit je inkoop onder het technische vergrootglas houdt, komt er ook geen gevulde kalkoen op tafel.

Dus niet kakelen maar een ei leggen: bezin je in de eindejaarsdagen op een laktechnische kennisimpuls voor je inkoper! De goedgevulde vakkrant Besser Lackieren heeft de cursus Lakkunde voor Vertegenwoordigers, zoiets zou het schildersvak aan een gelijkwaardiger gesprekspositie helpen. En de gebraden kalkoenen komen aangevlogen!

Edward Uittenbroek

Bron: Schildersvakkrant, december 2006